
Genot is niet enkel iets waar je een ander voor nodig hebt, het bestaat ook in binnenin jezelf. The Argonauts gaat over identiteit en de transformaties die daarmee gepaard gaan. Van vrouw naar moeder (extra oestrogeen), van vrouw naar man naar non-binair (extra testosteron), van single naar partner (meer liefde), van alleen naar samen (nog meer liefde).
'Some people find pleasure in aligning themselves with an identity, as in You Make Me Feel Like a Natural Woman—made famous by Aretha Franklin and, later, by Judith Butler, who focused on the instability wrought by the simile. But there can also be a horror in doing so, not to mention an impossibility. It’s not possible to live twenty-four hours a day soaked in the immediate awareness of one’s sex. Gendered selfconsciousness has, mercifully, a flickering nature.
A friend says he thinks of gender as a color. Gender does share with color a certain ontological indeterminacy: it isn’t quite right to say that an object is a color, nor that the object has a color. Context also changes it: all cats are gray, etc. Nor is color voluntary, precisely. But none of these formulations means that the object in question is colorless.' (from The Argonauts)
Kleur. Kleurloos.
Ik denk aan haar andere boek, Bluets, dat ik kocht in de boekenwinkel in Gent. Het gaat over haar obsessie met de kleur blauw, over liefdesverdriet, over depressie. In 240 genummerde kortverhalen gunt ze ons een blik op een relatie die kapotging, welke boeken ze toen las, en haar gedachten over kleur.
38. For no one really knows what color is, where it is, even whether it is. (Can it die? Does it have a heart?) Think of a honeybee, for instance, flying into the folds of a poppy: it sees a gaping violet mouth, where we see an orange flower and assume that it’s orange, that we’re normal.'
Kracht is bij Nelson het begrijpen, het analyseren, het kunnen plaatsen. Haar werk komt altijd op hetzelfde neer: ‘iets in mij is onlosmakelijk verbonden met dit onderwerp, en ik wil weten waarom’. Hier is kracht hetzelfde als fragiliteit. Je gevoelens een plaats geven.
Het blauw van 'Bluets', zien we terug in de cover van Jane, a murder, waar een foto van Nelson haar tante staat in een blauwe trui met blauwe lucht op de achtergrond. In het boek gaat ze op zoek gaat naar haar tante die voor haar geboorte vermoord werd door een vermoedelijke seriemoordenaar en verkrachter. De moord werd nooit opgelost, er was te weinig bewijsmateriaal. Al heel haar leven hoorde ze dat ze leek op haar tante, en dit is haar manier om haar beeld op te hangen van haar Jane. In een collage van poëzie, proza, en documentaire bronnen, waaronder kranten, "true crime" boeken en fragmenten uit Jane's eigen dagboeken geschreven.
(Force or fragility?)
De kracht van een jonge vrouw die de wereld wilde veranderen, die een grote reis in Europa wilde doen met haar lief, die door haar ouders uit het huis gezet was omwille van haar idealen,
die wilde liften,
die wilde liften en daardoor haar dood vond,
die wilde liften en daardoor haar dood vond in de gedaante van een man,
die wilde liften en daardoor haar dood vond in de gedaante van een man die niet was wie hij beweerde dat hij was?
Een jonge vrouw die de dochter van haar zus die nog geboren moest worden zal inspireren, en op deze manier verder leeft, niet enkel als slachtoffer, maar als elke jonge vrouw ooit.
Nelson probeert de gruwel te begrijpen, ze brengt de laatste jaren, maanden, weken, dagen en seconden in kaart. Hoe kan iemand zo iets vreselijks omvatten?
Is er een kracht in alles te willen begrijpen? Is er een vals gevoel van controle dat de kop op steekt? 'Jane, a Murder' leest als een trein, je wordt in het verhaal meegezogen, elk intermezzo is een welkom station, elk gedicht brengt je dichter bij het leven. En dichter bij de dood.
Hier zijn kracht en fragiliteit elkaars tegenpolen, zoals dood en leven, zoals moordenaar en slachtoffer.
'Some people find pleasure in aligning themselves with an identity, as in You Make Me Feel Like a Natural Woman—made famous by Aretha Franklin and, later, by Judith Butler, who focused on the instability wrought by the simile. But there can also be a horror in doing so, not to mention an impossibility. It’s not possible to live twenty-four hours a day soaked in the immediate awareness of one’s sex. Gendered selfconsciousness has, mercifully, a flickering nature.
A friend says he thinks of gender as a color. Gender does share with color a certain ontological indeterminacy: it isn’t quite right to say that an object is a color, nor that the object has a color. Context also changes it: all cats are gray, etc. Nor is color voluntary, precisely. But none of these formulations means that the object in question is colorless.' (from The Argonauts)
Kleur. Kleurloos.
Ik denk aan haar andere boek, Bluets, dat ik kocht in de boekenwinkel in Gent. Het gaat over haar obsessie met de kleur blauw, over liefdesverdriet, over depressie. In 240 genummerde kortverhalen gunt ze ons een blik op een relatie die kapotging, welke boeken ze toen las, en haar gedachten over kleur.
38. For no one really knows what color is, where it is, even whether it is. (Can it die? Does it have a heart?) Think of a honeybee, for instance, flying into the folds of a poppy: it sees a gaping violet mouth, where we see an orange flower and assume that it’s orange, that we’re normal.'
Kracht is bij Nelson het begrijpen, het analyseren, het kunnen plaatsen. Haar werk komt altijd op hetzelfde neer: ‘iets in mij is onlosmakelijk verbonden met dit onderwerp, en ik wil weten waarom’. Hier is kracht hetzelfde als fragiliteit. Je gevoelens een plaats geven.
Het blauw van 'Bluets', zien we terug in de cover van Jane, a murder, waar een foto van Nelson haar tante staat in een blauwe trui met blauwe lucht op de achtergrond. In het boek gaat ze op zoek gaat naar haar tante die voor haar geboorte vermoord werd door een vermoedelijke seriemoordenaar en verkrachter. De moord werd nooit opgelost, er was te weinig bewijsmateriaal. Al heel haar leven hoorde ze dat ze leek op haar tante, en dit is haar manier om haar beeld op te hangen van haar Jane. In een collage van poëzie, proza, en documentaire bronnen, waaronder kranten, "true crime" boeken en fragmenten uit Jane's eigen dagboeken geschreven.
(Force or fragility?)
De kracht van een jonge vrouw die de wereld wilde veranderen, die een grote reis in Europa wilde doen met haar lief, die door haar ouders uit het huis gezet was omwille van haar idealen,
die wilde liften,
die wilde liften en daardoor haar dood vond,
die wilde liften en daardoor haar dood vond in de gedaante van een man,
die wilde liften en daardoor haar dood vond in de gedaante van een man die niet was wie hij beweerde dat hij was?
Een jonge vrouw die de dochter van haar zus die nog geboren moest worden zal inspireren, en op deze manier verder leeft, niet enkel als slachtoffer, maar als elke jonge vrouw ooit.
Nelson probeert de gruwel te begrijpen, ze brengt de laatste jaren, maanden, weken, dagen en seconden in kaart. Hoe kan iemand zo iets vreselijks omvatten?
Is er een kracht in alles te willen begrijpen? Is er een vals gevoel van controle dat de kop op steekt? 'Jane, a Murder' leest als een trein, je wordt in het verhaal meegezogen, elk intermezzo is een welkom station, elk gedicht brengt je dichter bij het leven. En dichter bij de dood.
Hier zijn kracht en fragiliteit elkaars tegenpolen, zoals dood en leven, zoals moordenaar en slachtoffer.